Conclusie
Het belangrijkste kenmerk wat in ons onderzoek gerelateerd is aan behandeling voor psychische klachten is het ontvangen van een uitkering. Dit betekent dat inwoners met een uitkering relatief vaak een beroep doen op de gezondheidszorg vanwege mentale klachten. Ook uit veel ander onderzoek blijkt dat mensen met geldzorgen vaak chronische stress of mentale problemen hebben. Ook (andersom) kunnen psychische klachten leiden tot meer geldzorgen. Mensen met psychische klachten zijn bijvoorbeeld niet altijd in staat om te werken of zijn minder aantrekkelijk voor werkgevers en hebben daardoor een grotere kans om werkloos te worden of te blijven. Het is belangrijk om deze vicieuze cirkel te doorbreken. Een analyse van het Sociaal Cultureel Planbureau waarin verschillende vormen van kapitaal verdeeld zijn over zeven sociale klassen in Nederland laat ook zien dat de onzeker werkenden (ca. 10% van de bevolking) het minste mentaal kapitaal (vaak periodes van depressieve gevoelens, weinig zelfvertrouwen, en een negatief zelfbeeld) hebben. Deze groep kent net als in onze analyse veel werklozen, mensen met schulden en huurders.
Deze analyse laat ook zien dat wanneer er naar stapeling van kenmerken wordt gekeken we beter zicht krijgen op Utrechters met een (psychische) kwetsbaarheid. Eerder werd er in onderzoek vaak gekeken naar groepen op basis van één kenmerk, zoals Utrechters met een buitenlandse herkomst. Deze analyse laat zien dat de meest kwetsbare Utrechters beter in beeld zijn te brengen door naar meerdere kenmerken in combinatie te kijken. Door deze stapeling van problematiek krijgen Utrechters die bijvoorbeeld in behandeling zijn bij de GGZ, vaak ook te maken met veel ander instanties, zoals de gemeente en het UWV. De aanpak van onderliggende problemen vraagt dus om integraliteit, waarin we met een brede blik naar mentale gezondheid kijken.
Ook zijn verschillen tussen zorgvraag en aanbod in kaart gebracht zodat de zorg mogelijk toegankelijker, passender en effectiever kan worden gemaakt. Deze verschillen vallen vooral op wanneer we naar herkomst kijken. Het hebben van een Nederlandse herkomst is namelijk één van de kenmerken die samenhangt met behandeling van psychische klachten. Deze onderbehandeling van migrantengroepen blijkt ook uit landelijk onderzoek, waar maar 9 tot 20% van de statushouders die GGZ nodig heeft ook daadwerkelijk zorg krijgt. Dit ‘treatment’ gap vraagt dus aandacht in het werken met psychische kwetsbare groepen.