Image
Skatebaan Griftpark

Sociale uitsluiting en problemen functioneren op school

Verschillen in sociale uitsluiting en problemen bij functioneren op school zijn groter of ongunstig kleiner geworden. Deze negatieve veranderingen zien we naar gezinssamenstelling, gezinswelvaart, klas, schoolniveau en herkomst. Enkele voorbeelden:

  • Voor problemen bij functioneren op school zijn verschillen naar gezinssamenstelling groter geworden tussen 2013 en 2021. Het percentage kinderen uit eenoudergezinnen met problemen op school was met 28% in 2013 gelijk aan dat van kinderen die bij beide ouders wonen. In de periode 2013 tot 2021 steeg het percentage voor kinderen uit eenoudergezinnen naar 49%, terwijl dit gelijk bleef onder kinderen die bij beide ouders wonen.
  • Voor discriminatie zijn verschillen naar gezinswelvaart ongunstig kleiner geworden tussen 2017 en 2023. Het percentage kinderen uit gezinnen met een hoge welvaart dat wel eens is gediscrimineerd steeg van 9% naar 15%, waardoor het gelijk is aan het percentage kinderen in gezinnen met gemiddelde welvaart. Onder deze laatste groep is het percentage min of meer constant gebleven. 
  • Voor discriminatie zijn verschillen ook ongunstig kleiner geworden naar herkomst. Doordat kinderen met een Nederlandse herkomst tussen 2019 en 2021 vaker gediscrimineerd zijn terwijl dit min of meer gelijk bleef onder (kinderen van) migranten. Dat verschillen in discriminatie naar herkomst kleiner worden kan mogelijk verklaard worden doordat de 3e generatie migranten vallen onder kinderen met Nederlandse herkomst. Juist degenen die het sterkst ‘geworteld’ zijn, ervaren het vaakst discriminatie.

 

Figuur 4. Percentage kinderen dat wel eens wordt gediscrimineerd naar gezinswelvaart (JMU)

Infogram URL