Image
Thuis werken achter de laptop

Resultaten jongeren

Het gaat goed met de meeste jongeren in de coronatijd

Zeven op de tien Utrechtse jongeren die mee hebben gedaan aan dit onderzoek voelen zich goed. De meeste jongeren noemen hiervoor geen reden. Sommige jongeren noemen dat ze zich goed voelen omdat ze vrienden weer kunnen zien en omdat het lekker weer is. Ruim één op de tien jongeren geeft aan dat het niet zo goed gaat. Zij voelen zich bijvoorbeeld verdrietig of boos omdat ze niks te doen hebben, maar ook om niet-corona gerelateerde redenen zoals een toets of een vervelende les. Bijna twee op de tien jongeren voelen zich neutraal of wel oké. Verder voelt één op de acht jongeren zich moe, vaak omdat ze slecht of te kort hebben geslapen.

Goed, wel een beetje moe maar voor de rest gaat het goed. Ik heb zin in dat ik morgen weer thuisschool heb en dan een uurtje langer kan uitslapen. Ik heb ook heel veel zin in de meivakantie. 

De helft van de jongeren heeft geen zin in de dag

Ongeveer de helft van de deelnemende jongeren geeft aan geen zin te hebben in de dag. Opvallend is dat de meeste redenen hiervoor alledaagse (school)zaken lijken te zijn. Zo noemen veel jongeren dat ze geen zin hebben in de dag omdat ze geen zin hebben in school, huiswerk moeten maken of moeten leren voor een toets. Het is echter wel de vraag of alledaagse dingen voor de uitbraak van het coronavirus nog steeds alledaags zijn in de coronatijd. Eén op de tien jongeren heeft geen zin in de dag omdat ze niks hebben om naar uit te kijken.

Ik heb niet ergens zin in en ik kijk ook niet naar iets uit. Want ik heb nergens om naar uit te kijken. Het enige wat mijn plan is, is huiswerk maken. Dus eigenlijk voel ik me boos en verdrietig.

Jongeren ervaren meer negatieve dan positieve veranderingen door de coronacrisis

Jongeren noemen meer negatieve dan positieve veranderingen in de coronatijd. Eén op de acht jongeren kon geen enkele leuke verandering bedenken. De meest genoemde veranderingen gaan over vrije tijd, sociale omgeving en school. De helft van de jongeren voelt zich als gevolg van de negatieve veranderingen minder goed dan voor de coronacrisis. Tegelijkertijd merken we bij een deel van de jongeren dat ze perspectief zien ondanks de beperkingen die ze ervaren. Enkele jongeren geven aan dat ze zich beter voelen dan voor de coronacrisis. De meest genoemde reden hiervoor is dat online lessen rustiger en fijner zijn.

Ik voel me goed, kan altijd beter maar alles is veranderd door corona. Ik zou nu eigenlijk met vrienden kunnen zijn maar door de omstandigheden lukt dit niet. Dit maakt mij elke dag verdrietiger maar ik probeer er het beste van te maken.

Ik breng veel meer tijd binnen en digitaal door dan daarvoor. Als ik dan terugkijk op mijn dag, dan word ik daar helemaal niet blij van, of op het moment zelf word ik er ook al niet blij van. Maar nu wordt het warmer dus hoop ik veel meer tijd buiten door te brengen.

Jongeren ervaren de coronatijd als een saaie periode

De helft van de jongeren noemt dat de coronatijd een saaie periode is. Dit komt vooral doordat er geen uitjes gepland kunnen worden en veel voorzieningen dicht zijn, zoals winkels en de horeca. Tijdens de groepsgesprekken noemen jongeren dat ze het jammer vinden dat ze niet naar concerten en festivals en niet naar het buitenland op vakantie kunnen. Aan de andere kant geeft één op de zeven jongeren aan dat ze meer vrije tijd hebben in de coronatijd. Enkele jongeren noemen dat ze het fijn vinden dat ze beter zelf hun tijd kunnen indelen.

Ik vind het niet leuk dat je veel minder kan doen (denk aan de bioscoop, winkelen). Daardoor heb ik minder motivatie om buiten school wat met mijn vriendinnen te gaan doen omdat we dan toch de hele tijd niets liggen te doen en dat kan ik ook in mijn eentje. 

Ja, want ik merk dat ik me na de tweede lockdown helemaal niet meer vrolijk voel. Er gebeurt niets leuks meer, met vriendinnen afspreken is nogal ingewikkeld, verder kan je ook nergens naartoe. Ik verveel me dus ook vaak. Bij mijn vader vind ik het niet leuk, door corona ben ik vaak alleen thuis en dan is het daar al helemaal niet leuk.

Jongeren missen hun sociale contacten

Een kwart van de jongeren noemt als negatieve verandering dat zij hun familie en vrienden minder zien. Een aantal jongeren geeft aan daar oplossingen voor te bedenken. Zo bellen ze wel eens met vrienden of hebben ze online contact, al is de behoefte om fysiek af te spreken groot. Enkele jongeren geven aan dat zij nieuwe mensen hebben leren kennen in de coronatijd en contact hebben met mensen die ze eerst nog niet spraken.

Ik vind het minder leuk dat ik mijn vrienden minder zie, maar doordat ik thuis zit kan ik wel met ze bellen of afspreken. 

Image
Jongeren houden 1,5 afstand van elkaar in het park.

Jongeren hebben zowel positieve als negatieve ervaringen met online onderwijs

De introductie van online en hybride onderwijs roept veel reacties op bij jongeren, zowel positief als negatief. Vier op de tien jongeren noemen negatieve aspecten van online of hybride onderwijs. Zij geven bijvoorbeeld aan dat de kwaliteit van de lessen minder goed is en dat ze daardoor lagere cijfers halen, dat er regelmatig slecht gecommuniceerd wordt vanuit de docent en dat hun motivatie thuis lager is. Ook vindt een deel van de jongeren het vervelend dat ze niet elke dag en niet met de hele klas op school kunnen zijn.

Aan het begin [van de coronatijd] vond ik het leuk omdat we online school hebben. Maar nu kan ik het allemaal niet online volgen, is veel te moeilijk voor mij om alles te volgen.

Aan de ene kant is het wel fijn de afwisseling, maar aan de andere kant sta ik op het randje om over te gaan en worden mijn cijfers er ook niet beter door met de online lessen. De online lessen zijn eigenlijk halve lessen, ze duren minder lang en je hoort het minder goed.

Volgens zeven op de tien jongeren brengen deze nieuwe onderwijsvormen ook positieve veranderingen met zich mee. Zij vinden de afwisseling tussen online en fysiek les fijn, bijvoorbeeld omdat ze zich beter kunnen concentreren, hun eigen tijd beter kunnen indelen of minder reistijd hebben en daardoor later kunnen opstaan. Enkele jongeren geven aan dat het fijn zou zijn als het online onderwijs, in combinatie met fysiek onderwijs, na de coronatijd voortgezet wordt.

Ik vind het heel fijn dat we maar de helft van de tijd les hebben op school, het geeft mij meer rust en ruimte om zelf te bepalen wanneer je je huiswerk maakt. Ik zou het zelfs fijn vinden als dat zo zou blijven na corona. 

Image
Jongere volgt thuisonderwijs en zwaait daarbij naar zijn docent op het beeldscherm.

In de groepsgesprekken wordt wisselend gereageerd op het idee om het hybride onderwijs na de coronatijd voort te zetten. De afwisseling tussen online en fysiek onderwijs ervaren bijna alle aanwezigen van de groepsgesprekken als fijn. Er wordt hierbij benadrukt dat volledig online onderwijs niet prettig was.

Ik vond online les krijgen wel te doen, maar je raakte wel snel afgeleid. Wat wel fijn was dat je alles op je eigen tempo kon doen. Hoe het nu is, de helft online en de helft op school vind ik fijn, want de docent heeft nu tijd voor iedereen en het is rustiger in de les. 

Enkele jongeren vinden het vermoeiend om steeds te moeten schakelen tussen de ene dag online les en de andere dag fysiek les.

Ik vind het vermoeiend om elke dag weer die schakel [te] maken tussen of naar school of online les hebben De week voelt daardoor lang. 

Een aantal jongeren geeft tijdens de groepsgesprekken aan liever fysiek les te krijgen, omdat ze dan beter opletten, meer motivatie hebben en de kwaliteit van de lessen hoger is. Wel is het dan belangrijk dat jongeren de tijd gegund wordt om aan het fulltime fysieke onderwijs te wennen en in het ritme te komen van voor corona. Zo geven jongeren aan dat zij er niet meer aan gewend zijn om vijf dagen in de week les op school te krijgen en in het weekend vrij te zijn.

Ik denk niet dat je zomaar weer in twee weken alles zou moeten terugdraaien naar zoals het vroeger was. Alles weer normaal doen gaat niet zo makkelijk. Je moet weer een heel nieuw ritme krijgen, omdat je nu gewend bent aan de situatie met corona.

Volgens jongeren is er meer aandacht nodig voor psychische gezondheid

Aan jongeren is gevraagd wat zij zouden doen om leeftijdsgenoten te helpen in de coronatijd, als zij voor één dag op de stoel van de minister-president mochten zitten. Door naar leeftijdsgenoten te vragen zorgt deze vraag voor een gevoel van psychologische veiligheid en geeft daarmee de mogelijkheid om lastige thema’s aan te snijden zonder dat de jongeren het over zichzelf hoeven hebben. Op deze vraag antwoordt één op de acht jongeren dat er meer aandacht nodig is voor de psychische gezondheid van leeftijdsgenoten. Bijvoorbeeld door meer voorlichting te geven op school over psychische gezondheid en het onderwerp bespreekbaar te maken. Ondanks dat er op elke middelbare school in Utrecht een zorgstructuur is bestaande uit professionals vanuit school en partners zoals de Jeugdgezondheidszorg en het buurtteam, noemen enkele jongeren dat ze behoefte hebben aan een vertrouwenspersoon op school waar zij naartoe kunnen als ze over hun psychische gezondheid willen praten.

Veel jongeren zitten nu dus tegen een burn-out [aan]. Ik vind dat de regering er meer aan moet doen in plaats van zeggen dat we het nog even moeten volhouden. Het is namelijk niet echt simpel voor alle jongeren in Nederland. Ze (de regering) zouden misschien één keer per maand/week samen kunnen komen [om] zich alleen [te] focussen op het onderwerp "jongeren in Nederland", dan kunnen ze kijken welke dingen ze kunnen bedenken om het makkelijker te maken voor de jongeren. 

Ja, ik denk dat ze hier [psychische gezondheid] meer aandacht aan kunnen besteden. Vaak is het zo dat gezegd wordt dat de ouders en leraren het zo goed doen. Over de jongeren hoor je niet zoveel en als jongeren hulp nodig hebben zijn er lange wachttijden.

Daarnaast geeft een derde van de jongeren aan dat het zou helpen als de maatregelen tegen het coronavirus versoepeld zouden worden. Zij noemen bijvoorbeeld het afschaffen van de avondklok, het volledig openen van de scholen en het mogelijk maken om te sporten en vrienden te zien.

Image
Jongere vraagt zich af wanneer hij weer naar school, zijn vrienden en sport kan.